Nederland en Denemarken lijken veel op elkaar, maar er is een groot verschil: Denemarken is wereldleider in biologisch eten, terwijl Nederland achterblijft. In Denemarken is 12% van de supermarktuitgaven biologisch, terwijl dit in Nederland slechts 3% is, schrijft AD. Dit verschil heeft historische wortels: Nederland richtte zich na de Tweede Wereldoorlog op voedselproductie om voedselschaarste te voorkomen, wat leidde tot een focus op reguliere landbouw.
In Denemarken werd biologisch eten vanaf de jaren '90 een prioriteit, mede door politieke samenwerking en publieke betrokkenheid. De Deense overheid stimuleerde biologisch eten in ziekenhuizen en scholen en werkte samen met supermarkten om het aanbod te vergroten, zo geeft Paul Holmbeck, die in Denemarken 25 jaar directeur was van Organic Denmark, aan bij de krant.
In Nederland is er wel een stijging in de bestedingen aan biologisch voedsel, maar er ontbreekt een bredere politieke en maatschappelijke strategie. Ook is er meer diversiteit in keurmerken, terwijl in succesvolle landen zoals Denemarken biologische producten eenvoudig en trots worden gepresenteerd. Iets wat volgens Paul ook in Nederland moet gebeuren. "Beschouw bio niet als een exotisch product. Het is voor iedereen, dus zorg voor serieus aanbod."