Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Dennis van de Weerd:

“Als je met biologisch product werkt, is de communicatie met de klanten net iets meer open”

Een uit de hand gelopen hobby, zo noemt Dennis van de Weerd de pompoenactiviteiten bij het gelijknamige biologische landbouwbedrijf in Lelystad. Als je jaarlijks tegen de vier miljoen kilo wast, sorteert, opslaat en afzet, kun je inderdaad niet meer spreken van vrijetijdsbesteding. Maar daar heeft Dennis nu wat op gevonden: zoete aardappel is de nieuwe liefhebberij.

Slechts een vijftal procent van de pompoenen die bij Van de Weerd Pompoenen de wasstraat passeren, is niet oranje. "We doen ook wat groene, grijze, fles- en spaghettipompoenen. Vanaf eind augustus tot begin februari, afhankelijk van hoe snel de handel loopt, werken we met product uit Nederland, deels van eigen teelt, deels van collega-telers. Vanaf de eerste week van februari tot eind april verwerken we oranje pompoenen uit Zuid-Afrika, aangevuld met wat volumes uit Argentinië. Vervolgens verwerken we tot september product uit Spanje en Portugal en zo maken we het jaar rond."

"Kon het Holland-seizoen maar iets langer duren..."
In juni, juli en augustus worden er heel wat minder pompoenen gewassen in Lelystad. "Dan zakt de handel enorm. In de warme maanden is het eerder sla- en komkommertijd. Maar de import uit Zuid-Afrika en Argentinië doet het wel goed. Graag rekten we natuurlijk het Holland-seizoen nog verder uit om minder product van de andere kant van de wereld te moeten halen – deels om de transportkosten te omzeilen die het product duurder maken, deels om de footprint laag te houden – alleen, de rassen en de bewaring laten het nog niet toe dat je een oranje Nederlandse pompoen, in tegenstelling tot de groene, goed kunt houden tot april-mei. Toch zijn er de voorbije tien jaar al enkele sprongetjes gemaakt. Orange Summer is bijvoorbeeld een ras dat beter bewaart dan Uchiki Kuri. Het scheelt toch algauw drie weken," legt Dennis uit.

De hardloper in de retail zijn volgens de teler en verwerker de stuks van 700 tot 1.500 gram, al liggen er ook kleinere exemplaren vanaf 400 gram en grotere pompoenen tot 2 kilo in de schappen. "Voor een gezin van vier personen is een kilopompoen ideaal. Daar kan een mooie pot soep van worden gemaakt. Maar ook de kleinere of grotere exemplaren die de plant geeft, goed voor 40% van onze oogst, voorzien zeker in een behoefte op de markt."

Geen topopbrengst, maar ook geen verloren oogst
Met het natte jaar heeft Dennis al veel contact gehad met de klanten over hoe de oogst eruit zal zien. "We werken met biologisch product en dat zorgt er toch voor dat de communicatie met de klanten net iets meer open is. Velen komen gewoon eens langs en zien hoe de gewassen er op het veld op staan. Kennisoverdracht is belangrijk. Het wordt dit jaar geen topopbrengst, maar toch is het mooi om te zien dat de natuur zich ook weer herstelt. Ondanks het feit dat de pompoenen vier à vijf weken later zijn gezaaid, zijn ze wat groei aan het inhalen. Hoe dan ook zal in een jaar als dit de prijs een stukje omhoog moeten. En dat zal ook wel lukken, klanten tonen zich begripvol. Een verloren oogst is het zeker niet en ook de bewaarbaarheid van de pompoenen zal niet slecht zijn. Het wordt op zijn minst een dynamisch verkoopseizoen."

Minder personeelsverloop met ergonomische oogstmachine
De vraag die van pompoentelers naar veredelaars uitstaat, is volgens Dennis niet alleen een langere houdbaarheid en uiteraard een hogere productiviteit, maar ook een vrucht die zich beter leent tot machinaal oogsten. "Als er minder handwerk aan te pas komt, is dat natuurlijk leuk meegenomen. We hebben nu zelf een machine gemaakt waarbij de mensen neerliggen om de pompoenen los te knippen. De oogstmedewerkers moeten dus niet meer lopen of krom staan. Dat is al een behoorlijke arbeidsverlichting. En dat zie je ook aan het personeelsverloop: we hebben nog weinig wisseling in onze medewerkers."

"Om de pompoenen op te rapen zijn er ook wat ontwikkelingen met wat ik een veredelde uienlader noem. Maar als je kijkt naar de lange bewaring, blijft toch het feit dat je pompoenen als eieren moet behandelen. En dat kan vooralsnog niet met machines. Dus moeten die nog worden verbeterd in productvriendelijkheid óf de pompoen moet een hardere schil krijgen. Al is dat laatste natuurlijk niet echt gewenst als je aan de consumptie denkt. En zo loop je uiteindelijk tegen allerlei voor- en nadelen aan. Bovendien, mocht pompoenen oogsten machinaal geen probleem meer zijn, zou iedereen ze gaan telen. Dus enerzijds hoop je op die ontwikkeling, anderzijds dan weer niet," weegt Dennis de pro's en contra's tegen elkaar af.

Dat de teler het heel druk heeft met de pompoenen, is ondertussen duidelijk gebleken. Is er dan nog wat tijd voor die nieuwe hobby? "Zoete aardappelen telen? Ja, daar hebben we ondertussen al een paar jaar ervaring mee. Niet elk ras lukt hier op de Flevopolder, waar we klimatologisch toch twee weken achter liggen op het zuiden van het land. We halen in Nederland sowieso niet de opbrengsten die telers in Zuid-Afrika bereiken, maar dat de teelt hier niet mogelijk is, is zeker niet waar. Al bij al moeten we realistisch blijven: 95% van de volumes die we op de markt brengen, komt nog altijd uit andere landen," besluit Dennis.

Dit artikel verscheen eerder in editie 9, 38e jaargang van Primeur. Ook een abonnement op Primeur? Ga naar www.agfprimeur.nl

Voor meer informatie:
Dennis van de Weerd
Van de Weerd pompoenen
Bronsweg 41
8222 RB Lelystad
06 53352268
[email protected]
www.weerdpompoenen.nl

Publicatiedatum: