Bodembiodiversiteit is essentieel voor het functioneren van de bodem en speelt daarom een sleutelrol in de overgang naar een duurzamere landbouw. "Onze bevindingen tonen aan dat verschuivingen naar biologisch of extensiever beheer de biodiversiteit en het functioneren van de bodem kunnen verbeteren", deze conclusie trekt onderzoekster Sophia Quirina van Rijssel die op woensdag 11 september aan de Wageningen Universiteit promoveerde:
"We onderzochten hoe bodemgemeenschappen in termen van bacteriƫn, schimmels, nematoden en protisten en multifunctionaliteit van de bodem veranderden in meer dan 70 landbouwvelden in Nederland tijdens de overgang van conventioneel naar biologisch beheer met behulp van een chronosequentie aanpak. We onderzochten ook of verschuivingen in bodemfunctionaliteit versneld werden door bodeminoculatie. We vonden dat biologische landbouw de diversiteit verhoogde en de samenstelling van de gemeenschap veranderde, vooral van schimmels en protisten. We konden niet ontrafelen hoe verschuivingen in bodemgemeenschappen werden bepaald door de duur van het biologische beheer, omdat een onbekende variabele samenviel met de tijd sinds de omschakeling. In zowel conventionele als biologische akkerbouwgronden nam de multifunctionaliteit toe wanneer de beheerintensiteit werd verlaagd. Bodeminoculatie had geen invloed op de bodemfunctionaliteit. Onze bevindingen tonen aan dat verschuivingen naar biologisch of extensiever beheer de biodiversiteit en het functioneren van de bodem kunnen verbeteren."
Klik hier voor meer informatie.
Bron: WUR