In het kader van het LNV-onderzoeksprogramma "Kansen voor Morgen" heeft Wageningen Environmental Research een studie uitgevoerd naar de mogelijkheden voor biologische teelt in Oeganda. Het doel van de studie was om aanknopingspunten te vinden voor het stimuleren van initiatieven rondom biologische teelt in het land.
De studie startte op een moment waarop het Oegandese ministerie van Landbouw de wens uitsprak om de bijdrage van biologische teelt aan het landbouw-BBP te laten groeien tot 50% en om de productiviteit van biologische teelt met meer dan 50% te verhogen in de periode 2020-2025. Hoewel het land relatief goed gepositioneerd is vanwege het historisch lage gebruik van externe inputs, bestaat het huidige areaal onder biologische teelt uit slechts 1,8% van het totale land- en tuinbouwareaal (GIZ, 2021) en vormt het grotendeels een niche voor de export van gecertificeerde biologische producten. Terwijl het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen toeneemt en resulteert in zorgen over voedselveiligheid en milieu, is het gebruik van meststoffen over het algemeen zeer beperkt met als gevolg uitputting van de bodemvruchtbaarheid.
Dit vraagt om een overgang naar teeltsystemen die duurzamer zijn. Toch verschilt de mate waarin externe inputs en biologische teeltpraktijken een rol kunnen spelen. De context is een belangrijke factor. In de studie lag de focus daarom vooral op gelokaliseerde initiatieven die kunnen bijdragen aan een verhoogde duurzaamheid, zonder per se volledig biologisch en gecertificeerd te telen.
De studie resulteerde in twee rapporten: een eerste rapport bevat een verkenning van bestaande initiatieven rondom biologische teelt in Oeganda, van producenten van biologische gewasbeschermingsmiddelen en meststoffen tot koepelorganisaties en platforms. Het rapport somt ook de uitdagingen en de kansen op en biedt aanbevelingen, waaronder verbeterde kennisvoorziening voor telers, identificatie van businesscases voor biologische teelt, verbeterde regelgeving en kwaliteitscontrole, systematische studies die de effectiviteit en (economische) haalbaarheid van biologische teeltpraktijken documenteren en verhoogd consumentenbewustzijn om de vraag naar veilig geteeld voedsel te stimuleren.
Het tweede rapport zoomt in op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de tuinbouwsector, een sector die relatief veel van die middelen gebruikt met gezondheids- en milieuproblemen tot gevolg. Het rapport presenteert een beoordeling van residuen op drie verschillende gewassen, bemonsterd van zes markten in heel Oeganda. Bevindingen omvatten een relatief hoog aandeel van residuen op tomaten en een overschrijding van de MRL's voor 9 van de 60 monsters. Aanbevelingen omvatten betere informatie in lokale talen, overheidsfinanciering voor handhaving van regelgeving en capaciteitsopbouw, publiek-private partnerschappen voor exportnaleving, duidelijke productetikettering, verder onderzoek met een grotere steekproef en koppelingen naar bestaande (biologische) plaagbestrijdingsinitiatieven.
De resultaten werden besproken met relevante overheidsorganisaties en platforms in Oeganda. Met de verspreiding van de resultaten en aanbevelingen van beide studies streven we ernaar aandacht te vragen voor duurzame teelt en voedselveiligheid als opkomende aandachtspunten in Oeganda, zowel voor de export als de binnenlandse markt.
Voor meer informatie: agroberichtenbuitenland.nl