Tholen - Gisterenmiddag is door de Belgische en Franse biologische aardappelsector het nieuwe 'Convenant robuuste biologische aardappelen 2023 - 2026' ondertekend. Dit gebeurde op de internationale vakbeurs Potato Europe in Doornik, in aanwezigheid van federaal landbouwminister David Clarinval. Het is voor het eerst dat ook Frankrijk een convenant sluit voor meer robuuste rassen.
De eerste Belgische overeenkomst, die in 2018 van start ging, liep van 2019 tot eind 2021. "Het is in principe het Belgisch-Frans convenant dat nu getekend is, maar we komen allemaal steeds dichter bij elkaar. In 2017 is in Nederland ondertekend, in 2018 in Vlaanderen en in 2019 in Wallonië. Vlaanderen en Wallonië besloten om voor het tweede convenant samen op te gaan trekken. En de Fransen sloten vervolgens ook aan. In Nederland is het tweede convenant afgelopen november al ondertekend, dat was voor ons te vroeg", zo licht Loes Mertens namens Biowallonië toe.
Links ondertekent de landbouwminister het convenant. Rechts helpt Loes Mertens één van de ondertekenaars.
Volgens Loes biedt de samenwerking met de Franse partijen nog meer mogelijkheden. "Het mooie is dat wij meer Franse spelers betrekken. Dus de meerwaarde is dat er in het Belgisch-Franse convenant nu meer robuuste rassen bij komen die ze in Nederland nog niet kennen. We hebben er al 35 op de lijst staan in België, dus dat zijn er vrij veel."
Er waren 55 mensen aanwezig bij de ondertekening, geeft Loes aan. "Een mooie opkomst. Daar zijn we zeer tevreden over. Ook verschillende Nederlandse pootgoedbedrijven waren van de partij. En mooi dat de minister erbij kon zijn. We kijken er met een goed gevoel op terug, er heerste een leuke sfeer."
Maaike Raaijmakers was namens Bionext bij de ondertekening. Maaike: "We trokken al gezamenlijk op met België en delen bijvoorbeeld de resultaten van de robuuste rassen in de verschillende demovelden. Het is heel mooi dat ook Frankrijk nu meedoet. Het is goed voor de afzet als er in meer landen vraag komt naar robuuste aardappelen."
Het nieuwe convenant, dat loopt tot eind 2026, is gericht op het verhogen van het percentage robuuste rassen, zowel op het veld als in de distributie. Het benadrukt de noodzaak voor de aardappelverwerkende bedrijven om meer robuuste rassen te gebruiken bij de productie van biologische chips en friet. Daarnaast is het ook belangrijk om biologische, robuuste en lokale rassen (bijna) het hele jaar door beschikbaar te hebben. In de toekomst wil de sector ook het aandeel robuuste rassen zien toenemen bij zowel import als export van biologische aardappelen.
Voor meer informatie: