Droogte overheerste de rassenproef van de biologische aardappelen in 2017. In het aanbod is het aandeel plaagresistente rassen sterk toenemen, waarbij ook nieuwe opties zijn binnen het vastkokende segment. Lees hier de WUR-publicatie over de rassenproef met betrekking tot de biologische aardappelteelt in 2017.
Bekende en nieuwe rassen in proef
Het aardappelseizoen 2017 ging vroeg van start en werd gespaard van noemenswaardige Phytophthora-druk. Het koude einde van april en vooral de onophoudelijke droogte tot in augustus zorgden echter voor een aanhoudende plantstress. De loofontwikkeling was algemeen onvoldoende. Dankzij irrigatie in juni was de opbrengst nog goed te noemen (+35 mm gemiddeld 38 ton per ha, onderwatergewicht 377 gram).
De ondertussen gekende rassen herhalen grotendeels hun resultaten van voorgaande jaren. Enkele rassen leden sterk onder de moeilijke groeiomstandigheden. In het segment fritesaardappelen zijn Carolus (plaagresistent) en Agria (plaaggevoelig) de toppers. Alouette bevestigt als roodschillige tafelaardappel. Cammeo, Connect, en Sevilla zijn plaagresistente rassen met een goed opbrengstpotentieel met een voldoende kwaliteit. Niettemin kunnen ze niet tippen aan de polyvalentie van Agria. Vitabella was droogtegevoelig met een tegenvallende opbrengst als gevolg.
Proef voor het tweede jaar
Een aantal rassen zijn voor de tweede keer in proef. Acoustic, Chenoa en Mayaya waren in 2016 sterk tegen plaag maar scoren algemeen matig qua kwaliteit. Passion en Tentation deden het vorig jaar erg goed maar stelden dit jaar teleur. Passion was kwalitatief onvoldoende. Tentation bleef achter in gewasontwikkeling en opbrengst maar voldeed wel als vastkokende tafelaardappel. Allians en Jelly waren matig tot vrij plaaggevoelig in het verleden maar zijn (vrij) vastkokend en kwalitatief als tafelaardappel.
Nieuw dit jaar zijn Alanis, Ecrin, Mabise en WW 11-43. Alanis en Ecrin scoorden gemiddeld in opbrengst. Ecrin deed het goed als tafelaardappel. Mabise en WW 11-43 haalden een hoge opbrengst maar overtuigden nog niet culinair.
Bron: CCBT (via BioKennis.org)