Minder uitval biologische legpluimvee

Uit bedrijfsgegevens blijkt dat de uitval tijdens de legrondes is teruggelopen. Met name de verbeterde opfok en afstemming tussen opfokker en legpluimveehouder leiden tot vitalere koppels.

In Nederland gelden regels voor biologische opfok van leghennen. Naar verwachting worden deze regels deels overgenomen in de Europese Verordening. Biologische opfok heeft ertoe geleid dat de dieren beter zijn aangepast aan de omstandigheden op het legpluimveebedrijf. Jong geleerd is oud gedaan. Zo leren opfokhennen al op jonge leeftijd gebruik te maken van de scharrelruimte en de buitenuitloop. Hierin worden de dieren tijdens de opfokperiode begeleid. Het aanbieden van strooigraan en ruwvoer tijdens de opfokperiode stimuleert het natuurlijke scharrelgedrag van de hennen.

Roland Bronneberg (AviVet) werkt als pluimveedierenarts mee in het bedrijfsnetwerk biologische pluimveehouderij. Ook hij wijst op het belang van goede afstemming; "Het is van groot belang om opfokker en legpluimveehouder bij elkaar te brengen, de ontwikkeling van de hennen bespreekbaar te maken en de opfok voor zijn/haar nieuwe hennen samen af te stemmen. Met name het antipikbeleid, wat nog belangrijker is bij bio, dient vanaf dag 1 te worden ingezet. Gelukkig stemmen steeds meer opfokkers en hun afnemers af voor wat betreft huisvestings-, voer- en drinkwatersysteem. Ik zie dat op dit punt al veel is verbeterd afgelopen jaren, hetgeen ook blijkt uit de bedrijfsgegevens: de uitval per ronde daalt."

Ter afsluiting van het bedrijfsnetwerk organiseert het Louis Bolk Instituut een symposium over de ontwikkelingen in de sector. Centrale thema's zijn: diergezondheid & -welzijn, 100% biologisch voer en grondgebonden pluimvee houden.

Klik hier voor agenda symposium

Voor meer informatie: Leen Janmaat, Louis Bolk Instituut

Bron: bioKennis