Ministerie stimuleert 'Groene Veredeling'
Nieuwe rassen moeten biologische en gangbare teelt verduurzamen
Directe aanleiding voor het programma Groene Veredeling is de afname van het aardappelareaal in de biologische teelt. Een afname als gevolg van de problemen met de aardappelziekte phytophthora. Aantastingen door deze ziekte resulteerden in te lage opbrengsten voor een economisch rendabele biologische teelt van aardappel. Het huidige aardappelonderzoek is sterk gericht op de gangbare teelt. De biologische landbouwsector vraagt daarom om nieuwe 'groene' aardappelrassen. Een aangenomen Kamermotie in 2009 leidde tot het verzoek om meer aandacht te besteden aan de klassieke veredeling, naast de huidige aandacht voor de biotechnologische sector (DuRPh). De nieuwe rassen zullen uiteindelijk bijdragen aan een verduurzaming van zowel gangbare als biologische teelt.
Het programma Groene Veredeling richt zich naast aardappel ook op de veredeling van robuuste prei-, spinazie en tomatenrassen (onderstammen) die toe kunnen met minder voedingsstoffen zoals stikstof en fosfaat. Het preiproject richt zich specifiek op resistentie tegen trips. Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft gedurende vier jaar een budget van jaarlijks 1 miljoen euro aan het programma toegekend. Na vier jaar vindt een go/no go plaats, waarna het programma tot tien jaar verlengd kan worden. Bij klassieke veredeling is een periode van tenminste tien jaar noodzakelijk om tot concrete producten te komen.
Met dit onderzoek draagt Plant Research International bij aan duurzame productie en klimaatverandering.
Bron: Plant Research International